
De bloedsomloop is het transportsysteem va het lichaam. Het bloed vervoert voedingsstoffen en zuurstof naar de cellen toe en voert afvalstoffen, koolzuur en warmte van de cellen af. De bloedsomloop is een wijdvertakt netwerk van buizen en buisjes (de bloedvaten), dat alle delen van het lichaam van bloed voorziet.
Het hart is de centrale zuig-perspomp en zorgt ervoor dat het bloed steeds door het hele lichaam wordt gepompt. Het trekt zich samen met een vaste regelmaat. Dit noemen we het ‘kloppen’ van het hart. Dit kloppen gaat het hele leven door zonder dat het hart rust neemt. Hoe kleiner de diersoort is, hoe vaker het hart per minuut klopt.
Bij een gezonde kat is de hartslag regelmatig en varieert deze tussen 120 en 240 slagen per minuut bij de dierenarts, dan is er al rekening gehouden met een beetje spanning. Thuis ligt de ideale hartslag van de kat in rust tussen de 120 en 180 slagen per minuut. Als een kat een onregelmatige hartslag heeft of de frequentie onder de 120 of boven de 240 slagen per minuut is, is er mogelijk sprake van een aritmie, een hartritmestoornis.
Bij grote inspanning, koorts, pijn, angst of bloedverlies neemt de hartslagfrequentie toe, zodat het bloed sneller wordt rondgepompt en in dezelfde tijd meer stoffen kan vervoeren van en naar de cellen. Hierdoor kan de stofwisseling in de cellen sneller verlopen en komt er meer warmte en energie vrij.
Ongeveer 1/4 deel van het lichaamsgewicht bestaat uit bloed.
Bloed heeft de volgende samenstelling:
- Bloedplasma (55%)
- Bloedcellen (45%)
Bloedplasma is een heldere vloeistof waarin verscheidene stoffen zoals bloedeiwitten, voedingsstoffen, mineralen, vitaminen en sporenelementen zijn opgelost.
Bloedcellen komen voor in drie soorten:
1. Rode bloedcellen;
2. Witte bloedcellen;
3. Bloedplaatjes.